Frees-, draai- en draadvonkverbeteringen in edgecam 2016 R1

Onlangs presenteerde ATS op de METAVAK de laatste versie van Edgecam: release 2016 R1. In totaal bevat de nieuwe meer dan 30 verbeteringen voor frezen, draaien en draad-eroderen.

In Edgecam 2016 R1 profiteren draaiers van een nieuwe tijdbesparende Pre-afwerkingssnede optie die gevonden kan worden bij de ‘groef nadraai cyclus’. Eén enkele snede wordt uitgevoerd in het hart van een groef feature, en daarna wordt de groef verder afgewerkt op de normale manier. Omdat deze snede het meeste materiaal verwijderd is een groef voorsteek cyclus overbodig geworden. Aansluitend op de Waveform turning mogelijkheid, is de bestaande voordraaicyclus uitgebreid met een nieuwe ‘hellingsnijstrategie’. Deze methode is speciaal ontworpen om diepe uitsparingen te draaien met tweezijdige draaiplaten. Het zal de standtijd verbeteren omdat het contactpunt constant veranderd waardoor kerven worden voorkomen. De nieuwe strategie kan gebruikt worden met afnemende diepte stappen.

Vijf extra freescycli zijn uitgebreid met ondersteuning van plaatjes en help tooltips. Edgecam’s Product Manager Simon Mee vertelt: “Dit helpt gebruikers om snel de commando functies te begrijpen en creëert een consistente gebruikers interface.” De betreffende cycli zijn: Parallel frezen, potlood frezen, vlak frezen, vlakke gebieden frezen en constante ruwheid nafrezen.

Er zijn ook verbeteringen aangebracht aan edgecam’s 3D teken software; EWS. Een nieuwe 2D offset functie maakt het ontwerpen gemakkelijker. Standaard vormen en profielen zijn gemakkelijk te dupliceren en in te voegen met een bepaalde offset waardoor de ontwerptijd afneemt.
Er is minder tijd nodig bij het aanmaken van constraints doordat het commando niet meer afgesloten hoeft te worden – de dimensie waarde is gelijk aan te passen.
Elementen ‘snappen’ nu dynamisch tijdens de teken fase. Er is ook een uitgebreid boog commando toegevoegd welke een ‘Diameter/Radius ingave optie bevat waarmee meerdere identieke cirkels kunnen worden toegevoegd aan de tekening.

Met Edgecam 2016 R1 is de ontwikkeling voor ‘verbetering van geheugen gebruik bij werken met meerdere 3D modellen’ voltooid. “Net als bij Parasolid, Inventor en Granite bestanden zullen gebruikers een aanzienlijke prestatieverbetering merken bij het gebruik van ACIS modellen. Dit wordt bereikt door de opslag van slechts één 3D model – als kopieën gewenst zijn, zal edgecam een referentie model creëren van het oorspronkelijke model. Klanten die met zuilopspanningen werken of subspil draaibanken zullen veel voordeel halen uit deze nieuwe functionaliteit”, aldus Mee.

Een aantal significante verbeteringen zijn uitgevoerd aan de Operaties, welke in het bijzonder gebruikt worden door nieuwe of minder frequente gebruikers van Edgecam als een snelle en gemakkelijke manier om complexe gereedschapsbanen te genereren. De voorfreescyclus, nafreescyclus, draaien en de 4- & 5-assige commando’s zijn verbeterd, net als de toevoeging van een nieuwe afbraam cyclus. De voorfrees operatie houdt nu rekening met het ruwmateriaal en kan gebruik maken van de Waveform strategie. Verder ondersteund de voorfrees operatie nu de B-as en de geometrie voor de 4- & 5-assige operaties kan nu direct op de solid worden aangeklikt.

Een functie die zowel bij frezen als bij draaien wordt gebruikt bespaart nu extra tijd bij het ‘Ruwdeel bijwerken’. “Door slim programmeren behoeft het commando niet langer de grafische aspecten van de machine setup te verrekenen,” vervolgt Mee. “Dit betekent dat de ‘machine simulator’ puur kan focussen op de gereedschapsbanen.” Verdere prestatieverbeteringen zijn uitgevoerd bij de simulator wanneer een grote hoeveelheid gereedschapsbanen moeten worden verwerkt zoals bij voorfrezen en 5-assige cycli. De simulator groepeert nu meerdere banen slim, om een optimale prestatie te krijgen.”

Een verdere verbetering van het ‘Automatisch features vinden’ commando houdt in dat de gebruiker een ‘hoekdeel’ kan ingeven bij het aanmaken van features. Deze waarde controleert welke gat-features verwijderd kunnen worden en welke uiteindelijk bewerkt moeten worden. Volgens Mee is dit vooral handig wanneer de feature een gat bevat of een deel van een radius, en voorkomt het handmatig moeten aanmaken van een gat-feature of een boogelement.

Om tegemoet te komen aan nieuwe freesmachines met draaimogelijkheden is tevens nieuwe functionaliteit toegevoegd aan gereedschap configuraties. Zo heeft Edgecam 2016 R1 complete ondersteuning voor ‘kop-tafel’ machines, met ondersteuning voor Siemens-, Heidenhain- en ISO besturingen.

Voortbordurend op verbeteringen bij vorige versies heeft in 2016 R1 geleid tot uitgebreide botsdetectie en verbeterde uitgave van de nc-code voor het bewerken van gaten. Door de samenwerking met het ‘Spanmiddelen bijwerken’ commando kan de ‘gaten cyclus’ nu de ‘spanmiddelen ontwijken’ door gebruik te maken van de ‘Veiligheids- en terugtrek waardes’. Simon Mee vertelt dat deze functionaliteit vooral handig is indien niet uniforme klemmen worden gebruikt. “De verbindingsbewegingen van de cyclus zijn geminimaliseerd. Omdat ze berekend worden ten opzichte van de plaatselijke spanmiddel hoogte, zal dit de cyclustijd aanzienlijk verkorten. Als een gevolg hiervan is de programma uitgave verbeterd omdat de terugtrek waarde gebruikt kan worden in de machine cyclus.

Draadvonkgebruikers tot slot profiteren van een nieuwe ‘slimme cyclus’ bewerkingscommando. Deze combineert 2-assige en 4-assige bewerkingen in 1 functie, door het analyseren van de geometrievorm. Het garandeert dat de uitgegeven code altijd overeen komt met de vorm van de te bewerken vorm, zonder dat de gebruiker er verder iets aan hoeft te doen. Edgecam 2016 R1 introduceert ook een ‘test voor losse delen’ / ‘reststukjes verwijderen’ functie in de draad-erodeer simulator. De gebruiker kan nu onderzoeken of reststukjes en/of delen los zullen komen van het product. De simulator test toont alle losse delen en de richting waarin ze zullen bewegen. Met deze kennis van eventuele problemen kan de gebruiker ervoor kiezen om een andere manier van bewerken te kiezen. Dit is vooral waardevol bij complexe 3D vormen waarbij het niet altijd zichtbaar is of het loskomen van delen mogelijk is.