23 februari 2023 - 4 min leestijd

PFAS-verbod ziet levenslicht

De ECHA (het Europees Agentschap voor chemische stoffen) heeft de details van een verbod op de productie, het gebruik en het op de markt brengen (inclusief import) van zo’n 10.000 per- en polyfluoralkylstoffen (PFAS) bekendgemaakt. Het doel van het verbod is om PFAS uit het milieu te houden. 

PFAS worden gebruikt in tienduizenden producten, waaronder mobiele telefoons, windturbines, cosmetica, zonnepanelen, medische hulpmiddelen en regenjassen. Het voorgestelde verbod, officieel een beperkingsvoorstel, is opgesteld door Nederland, Duitsland, Denemarken, Noorwegen en Zweden. Het is de bedoeling dat de Europese Commissie het voorstel in 2025 formeel aan de lidstaten zal presenteren. Als het wordt aangenomen, zou het een van de grootste verboden op chemische stoffen ooit in Europa zijn.

Een verbod op PFAS zou de hoeveelheid PFAS in het milieu op termijn verminderen. Het zou ook producten en processen veiliger maken voor mensen. Als de Europese Commissie het voorstel overneemt, zijn bedrijven genoodzaakt alternatieven te zoeken voor circa 10.000 PFAS in toepassingen waarin deze stoffen worden gebruikt. In veel gevallen bestaan dergelijke alternatieven momenteel niet, en in sommige gevallen zullen ze dat misschien ook nooit doen. De formele indiening van het voorstel geeft op zich al een duidelijk signaal af dat bedrijven op zoek moeten naar alternatieven voor PFAS.

Opties

“PFAS zijn persistent en gevaarlijk. Ze komen in het milieu en blijven er”, zegt Richard Luit van het RIVM. Hij is voor Nederland de afgevaardigde in de ontwikkeling van het PFAS-verbod. “We hebben een EU-breed risico geïdentificeerd en er is een noodzaak om actie te ondernemen. Aan de andere kant hebben we beoordeeld wat het effect van het verbod is. We schatten ook de kosten voor bijvoorbeeld de industrie in, die ze maken omdat ze moeten overstappen van PFAS naar PFAS-vrij. En we hebben een effectbeoordeling gemaakt in de analyse van alternatieven. We hebben dus zoveel mogelijk informatie over de mogelijkheden gebruikt, ook om over te stappen naar alternatieven.”

Er zijn volgens Luit twee opties: ofwel een onmiddellijke ingang van de ban na de standaard overgangsperiode van achttien maanden, ofwel een ban met specifieke afwijkingen die worden onderbouwd op basis van informatie vanuit de branches. “De analyse van alternatieven speelt een grote rol in de onderbouwing van de overgangsperioden.”

Klap

Luit toont het eventuele succes van het uitbannen van PFAS aan de hand van de textielbranche. Voor impregnatie gebruikt men PFAS’en om de kleren vuilafstotend te krijgen. Als er geen verbod op PFAS komt, is de totale uitstoot over 30 jaar 1,4 miljoen ton. Na het verbod zal de uitstoot met 95 procent worden gereduceerd, tot 66.000 ton. 

Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) noemt het een goede stap dat het voorstel er nu is: “Dit verbod is echt nodig. Ongemerkt komen we PFAS ondertussen overal in ons leven tegen. Het zit in de grond, in onze kleren en zelfs in ons lichaam. Terwijl we weten dat het slecht voor ons kan zijn. Alleen door het in heel Europa in één klap te verbieden, kunnen we die vervuiling een halt toeroepen. Dat is precies wat we nu gaan doen. De publicatie van dit voorstel vandaag is daarbij een belangrijke stap. Bedrijven die PFAS gebruiken weten wat ze kunnen verwachten en kunnen dus vast op zoek naar alternatieven. Ik zou zeggen: hoe eerder, hoe beter”.

Ondersteuning

VNO-NCW en MKB-NL zijn samen met IenW actief in het ‘Actieprogramma PFAS’ om bedrijven bewust te maken van de PFAS-restrictie per (waarschijnlijk) 2028. Soms zijn volgens de twee brancheorganisaties PFAS-alternatieven voorhanden of kunnen ze op korte termijn worden ontwikkeld, waardoor bewustwording en voorlichting goed werkt. Maar vaak is het vinden van PFAS-alternatieven ingewikkeld, kostbaar en een kwestie van lange adem. “Het is de vraag of veel bedrijven op tijd klaar zijn om PFAS-vrije producten te ontwikkelen en op de markt te brengen. Vooral veel kleinere bedrijven staan voor enorme opgaven. Voor deze bedrijven zullen stappenplannen, verdere kennisuitwisselingsinitiatieven en innovatiehulpmiddelen en dergelijke nodig zijn, die verder gaan dan het huidige Actieprogramma PFAS. VNO-NCW en MKB-Nederland bepleiten een uitbreiding van het actieprogramma met meer concrete innovatieondersteuning voor bedrijven, met name voor het mkb”, schrijven de clubs naar de minister van IenW. 

Op basis van de ervaringscijfers en kentallen van de eerdere bodemsaneringsoperatie worden de totale kosten van PFAS-sanering van bedrijfsterreinen geraamd op 340 miljoen euro. De huidige bodemsaneringsregeling (Bedrijvenregeling) eindigt per 1 januari 2024. Het bedrijfsleven vindt het onredelijk als de kosten van PFAS-bodemsanering volledig ten laste zouden worden gebracht bij terreineigenaren die tot een jaar geleden bijvoorbeeld PFAS-houdend (oefen)blusschuim moesten gebruiken bij (oefen)branden. VNO-NCW en MKB- Nederland dringen aan op een nieuwe saneringsregeling (Bedrijvenregeling 2.0) voor het reinigen/beheren van bodemverontreinigingen van stoffen zoals PFAS, waarvan pas recent is gebleken dat ze grote gezondheidsrisico’s met zich meebrengen.

Deel dit artikel

Blijf op de hoogte, schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Meld je aan voor de wekelijkse nieuwsbrief van TechniShow met al het nieuws uit de productietechnologie!
Aanmelden